Niveaulezen

 

Sinds de invoering van het AVI-systeem (systeem voor het meten van de leestechnische vaardigheid) op veel scholen, is het niveaulezen een vast onderdeel gaan vormen van het lestijdenpakket. De teksten zijn ingedeeld naar leestechnische moeilijkheidsgraad.
Daarnaast zijn toetsen ontwikkeld waarmee kan worden nagegaan welk technisch leesniveau een kind beheerst. De AVI-niveaus lopen van AVI-1 t.e.m. AVI-9. Aan de hand daarvan worden de kinderen ingedeeld in kleine homogene niveaugroepen.

 

Drie keer per schooljaar worden de AVI-niveaus bepaald. Deze niveaus blijven belangrijk om weten omdat de boeken in de bibliotheek met deze normen gerangschikt staan.

 

Doelstellingen:

  • de kinderen krijgen meer aandacht en oefening
  • de kinderen lezen op eigen niveau
  • de kinderen maken sneller vorderingen

 

De kleine groepjes worden begeleid door de klasleerkracht, de zorgleerkracht en de zorgcoördinator. De sterkere lezers kunnen lezen zonder volwassen begeleiding en nemen hun eigen leesproces in handen. Zij mogen zelf eventueel ook leesmateriaal meebrengen. De sterkere lezers krjgen regelmatig de gelegenheid om "zwakkere" lezers te begeleiden. (peer tutoring)

 

Er wordt niks opgeschreven of geen werkblaadjes ingevuld. Het gaat om lezen, lezen en nogeens lezen.