Syndroom van Tourette
 


Het Tourette Syndroom (TS) wordt gekenmerkt door ongewenste bewegingen en geluiden die men 'tics' noemt. Wanneer er minstens twee motorische en één vocale tic (niet noodzakelijk tezelfdertijd) optreden en dit gedurende een periode van minstens één jaar, dan spreekt men van TS. Men kan gedurende dit jaar ook ticvrije periodes hebben die tot drie maanden kunnen gaan. De bewegingstics kunnen elk lichaamsdeel treffen en de geluidstics kunnen variëren van keelschrapen en snuiven tot het ongewild luidkeels roepen van woorden en zinnen. De eerste verschijnselen van het syndroom manifesteren zich meestal rond de leeftijd van zes tot zeven jaar, soms ook later, maar altijd voor het 21ste levensjaar. Voordien waren er vaak al diffuse klachten van overbeweeglijkheid en aandachtsstoornissen. Meestal ziet men aanvankelijk enkel motorische tics, zoals oogknipperen, grimassen, hoofdschudden. Een of twee jaar later hoort men de eerste geluiden zoals keelschrapen, grom- of snuifgeluiden. Nog later treden vaak dwanggedachten en -handelingen op. Soms manifesteren de symptomen zich in een andere volgorde of allemaal tegelijk. Men kan dezelfde tics behouden of steeds nieuwe krijgen die ook nog eens van dag tot dag kunnen wisselen in intensiteit. Er zijn echter geen twee mensen met TS hetzelfde, iedereen heeft zijn persoonlijke tics. Tourette neemt geleidelijk toe en komt vaak op een hoogtepunt rond de leeftijd van 12 jaar, meestal ook het moment waarop de jongere het middelbaar onderwijs binnenstapt. De tics en dwanghandelingen blijven meestal ernstig tot de leeftijd van 20 jaar, waarna ze vaak afnemen. Het hoeft geen betoog dat dit verloop de studies ernstig kan beïnvloeden. Straf, pesterijen en leerproblemen tijdens de schooljaren, sociale isolatie en depressie wanneer men volwassen is, kunnen het gevolg zijn. Onbegrip kan zware psychische schade toebrengen. Dit veroorzaakt vaak meer leed dan de Tourette zelf. (bron: www.tourette.be)



Het verhaal van Dries maakt alles misschien nog veel duidelijker.


“Dries is acht jaar oud. Hij knippert steeds met de ogen, schudt met het hoofd en schraapt voortdurend zijn keel. Soms stottert hij een beetje. De kinderen van de klas pesten hem met zijn tics. Hij is vaak verstrooid en ook veel te impulsief. Zijn handschrift is ronduit slecht, zijn werk slordig. Dries is intelligent maar presteert zeer wisselvallig. Hij werkt traag, want hij moet tijdens het lezen of schrijven steeds dwangmatig de klinkers tellen. Dit durft hij aan niemand vertellen. Op school krijgt hij steevast straf, maar het helpt niet. Dries voelt zich onbegrepen en ongelukkig, maar vooral heel angstig omdat hij geen controle heeft over zijn lichaam en stem, zelfs niet over zijn gedachten. Hij voelt zich dom en gek. Hij probeert uit alle macht zijn tics tegen te houden of te verbergen maar dan kan hij niet meer opletten. Hij schaamt zich vreselijk. Ook thuis is men steeds boos op hem. Hij zegt voortdurend: Ik kan er niets aan doen.” Maar niemand gelooft hem. Door al deze frustraties kan het gebeuren dat Dries voor een geringe aanleiding een woedeaanval krijgt of hopeloos begint te wenen. Soms zegt hij dat hij dood wil zijn. Toch is hij in wezen een vrolijk, intelligent en lief kind. Maar Dries heeft Tourette Syndroom en niemand weet het. Het spreekt voor zich dat Dries dringend hulp nodig heeft.”



Wat kunnen we doen?

 

Aangezien dit zo’n specifieke materie is en er zoveel verschillende vormen van Tourette bestaan, is het absoluut noodzakelijk om het CLB hier bij te betrekken. Van daaruit kunnen dan verdere stappen ondernomen worden.
De voornaamste 'behandeling' van Tourette bestaat uit de 'juiste' aanpak. De symptomen kunnen verbeteren wanneer de omgeving goed ingelicht is over Tourette, zich kan inleven in de denkwijze van personen met Tourette en hierop gepast reageert. Anderzijds creëer je, door een verkeerde 'niet-begrijpende' aanpak, meer stress en dus meer symptomen.
Soms is
medicatie noodzakelijk, bijv. wanneer tics hevig zijn of dwanghandelingen tijdrovend. Buiten de toepassing van klassieke geneesmiddelen worden er soms ook goede resultaten geboekt met vitamines en voedingssupplementen.
Psychotherapie kan nuttig zijn indien Tourette gepaard gaat met bijkomende problemen, zoals depressie, negatief zelfbeeld en/of angsten.